HomeGadgetsBetekenis van alle waarschuwingslampjes in je auto

Betekenis van alle waarschuwingslampjes in je auto

Wat betekenen de waarschuwingssymbolen op het dashboard van mijn auto? Ja, dat is een goeie vraag! Uit onderzoek is gebleken dat ruim 60 procent van de Nederlandse automobilisten de betekenis van de waarschuwingslampjes op het dashboard niet kent. Om te kunnen weten hoe serieus het probleem is, is het wel zo handig om te weten wat er precies aan de hand is.

waarschuwingslampjes auto

Symbolen op het dashboard

De waarschuwingslampjes op het dashboard van je auto verschillen van kleur. Deze kleuren hebben allemaal een andere betekenis om duidelijk te maken hoe serieus het probleem is. Bij wit gaat het om een aanbeveling. Groen betekent: dit systeem werkt naar behoren. Geel en oranje zeggen: de auto zo snel mogelijk laten nakijken en tot slot betekent rood dat je direct actie moet ondernemen. 

De meeste symbolen zijn universeel, maar sommige lampjes zijn merkgebonden en staan hieronder dus niet vermeld.

  1. Indicator die aangeeft dat de koppeling ingetrapt moet worden 
  2. Indicator die aangeeft dat het rempedaal ingetrapt moet worden
  3. Auto staat op stuurslot 
  4. Grootlicht ingeschakeld
  5. Lage bandenspanning
  6. Stadslichten staan aan
  7. Problemen met koplampen / achterlichten / richtingaanwijzers
  8. Problemen met de remlichten
  9. Waarschuwing dat temperatuur onder de 4 graden zakt
  10. Info-indicator
  11. Voorgloeien dieselmotor
  12. Waarschuwing voor ijsvorming
  13. Probleem met het startsysteem
  14. De sleutel bevindt zich niet in de auto
  15. Batterij van de afstandsbediening is bijna leeg
  16. Waarschuwingsafstand tot een andere auto
  17. Onderhoudswaarschuwingslampje
  18. Adaptieve koplampen ingeschakeld
  19. Afstelling van de hoogte van de koplamp
  20. Problemen met variabele achterspoiler
  21. Problemen bij het activeren van een elektrisch dak
  22. De airbag aan de voorzijde is uitgeschakeld
  23. Handrem is ingeschakeld
  24. Mistlampen voor ingeschakeld
  25. Problemen met stuurbekrachtiging
  26. Mistachterlichten ingeschakeld
  27. Laag niveau van ruitenwisservloeistof voorruit
  28. Versleten remblokken
  29. Cruise control is geactiveerd
  30. Richtingaanwijzer(s) aan
  31. Problemen met de lichtsensor of regensensor
  32. Water in brandstoffilter
  33. Airbag uitgeschakeld
  34. Mechanisch probleem of elektrische fout
  35. Dimlicht ingeschakeld
  36. Vuil luchtfilter moet worden vervangen
  37. Parkeersensoren ingeschakeld
  38. Problemen met het roetfilter (DPF)
  39. Fout – ontkoppeling van de stekker van de aanhangwagen
  40. Luchtveringsproblemen
  41. Waarschuwing voor onbedoeld verlaten van de rijstrook actief (rijstrookbewaking)
  42. Problemen met de katalysator
  43. Gordelwaarschuwing
  44. Waarschuwingslicht auto staat op de handrem
  45. Dynamo- of accuproblemen
  46. ECO-modus ingeschakeld (instelling voor extra zuinig rijden)
  47. Downhill-assist staat ingeschakeld (alleen bij SUV’s en terreinwagens, hulp bij afdalen)
  48. Problemen met het koelsysteem
  49. Probleem met het ABS
  50. Problemen met het brandstoffilter
  51. Portier niet (goed) gesloten
  52. Motorkap niet (goed) gesloten
  53. Brandstoftank in reservevoorraad beland
  54. Problemen met automatische versnellingsbak
  55. Snelheidsbegrenzer is actief
  56. Problemen met vering/demping/onderstel
  57. Voorruitverwarming ingeschakeld
  58. ESP (Electronic Stability Program, oftewel anti-slip controle) is uitgeschakeld
  59. Achterklep niet (goed) gesloten
  60. Lage oliedruk
  61. Automatische ruitenwissers ingeschakeld
  62. Probleem met de motor 
  63. Regensensor ingeschakeld
  64. Achterruitverwarming ingeschakeld
Mobiele versie afsluiten